In de jaren 30 is het Australische beleid er op gericht om halfbloed-kinderen van hun Aboriginal moeders weg te halen en hen elders op te voeden. Molly, Daisy en Grace weten al snel te ontsnappen uit het kamp waar ze terecht komen. Ze volgen een duizenden kilometers lang hek in een trektocht door de Australische outback, op zoek naar hun moeder. A.O. Neville, "Chief Protector of Aborigines", doet er alles aan om de meiden te vinden.
Om uit de outback te ontsnappen, komt een jonge Afghaanse kameeldrijver in aanraking met een mysterieuze bosjesman die op de vlucht is met gestolen goud.
Scherpschutter Matt Quigley uit Amerika wordt gehuurd door een australische boer zodat hij aboriginals van veraf kan neerschieten. Dit pikt Matt niet en hij verlaat de boer. De boer wordt kwaad en begint op Matt te schieten, maar Matt kan vluchten met de hulp van aboriginals. Matt besluit daarna wraak te nemen op zijn nieuwe vijanden.