Een alleenstaande moeder en een kinderloze mortuariumtechnicus zijn met elkaar verbonden door hun relatie met een klein meisje dat ze uit de dood hebben gereanimeerd.

De zwangere Charlotte verliest haar vriend in een auto-ongeluk. Ontroostbaar wordt ze in zijn familie opgenomen waar niet veel later blijkt dat elke handeling van haar nauwlettend in de gaten wordt gehouden. Charlotte krijgt steeds meer argwaan en leeft in angst en stelt zich de vraag hoe ver haar schoonfamilie durft te gaan om het leven van haar en haar ongeboren baby te beheersen.

Een zwangere vrouw is uit op wraak. In het begin is onduidelijk waarom. Ze vermoordt -klaarblijkelijk willekeurig- verschillende individuen, met allen een eigen levensloop. Haar zwangerschap is haar lokmiddel. In de loop van de film wordt haar drijfveer langzaam duidelijk. We zien de reden voor al de moorden.

De Koerdische Iraakse dichter en acteur Zeravan Khalil reist met zijn hond door een Alpenkloof nadat hij is gevlucht voor de IS-oorlog en genocide. Terwijl hij zich de gruwel herinnert, schrijft hij een gedicht met de titel “Je maakt me gek” in het Kurmanji Koerdisch. In zijn thuisland is het de Jezidische Koerden verboden om in zijn beroep te werken. Dan eet hij zijn appel en dwaalt met meer hoop door het midden van Europa.

Tatiana wordt geconfronteerd met een economische crisis die haar dwingt tijdelijk weg te zijn van haar kinderen, haar 'bende', zoals zij ze noemt. Door haar gevoelens op te schrijven en haar muur te bedekken met foto's van de kinderen, opent Tatiana haar hart voor de eenzaamheid van een gehuurde kamer in Bogotá. Terwijl ze vastberaden probeert haar kinderen te laten weten dat ze er, ondanks de omstandigheden, nog steeds voor hen is.