De samoerai Sanjuro reist naar een dorpje in het negentiende-eeuwse Japan. Hier bemerkt hij dat het dorpje verdeeld is tussen twee gangsters. Hij besluit de twee kanten tegen elkaar uit te spelen.

Ogami Itto, de officiele beul van het shogunaat is in de val gelokt door de Yagyu-clan. Als Ronin vecht hij nu een oorlog uit samen met zijn kleine zoontje, Daigoro.

Vijf krijgers dagen Ogami uit voor een duel. Elk van hen heeft een vijfde deel van de beloning die op Ogami's hoofd staat en een vijfde deel van de informatie die hij nodig heeft voor zijn opdracht.

Tijdens de feodale 12de eeuw in Japan zal de samoerai Moritō beloond worden voor de moed om zijn heerser te beschermen. Hij kiest voor de mooie, aristocratische Kesa, die helaas al getrouwd is met een andere samoerai.

Ogami wordt door een vrouwelijke Yakuza ingehuurd om een corrupte gouverneur te vermoorden. Deze gouverneur wil Ogami ook inhuren voor een moord. Hij vermoedt echter dat hij zelf Ogami's doelwit is wanneer deze de opdracht weigert.

In deze laatste film van de saga zien we de laatste confrontatie tussen Ogami and Retsudo. Retsudo heeft zijn halve familie reeds verloren door toedoen van Ogami. Retsudo haalt nog een keer alles uit de kast om Ogami te vernietigen.

Een blinde masseur en zwaardvechter Zatôichi keert terug naar zijn dorp om rust te vinden. Zijn meester wil zijn hulp bij het regelen van het huwelijk van diens dochter, op wie Zatôichi zelf verliefd is.

Een op de vlucht zijnde heer, zijn lijfwachten en enkele volgelingen, trekken allen vermomd als monnik door een bos, waar zij moeten voorkomen gepakt te worden en moeten zij de grenswachters te slim af zijn.

De oude maar nog steeds ronddolende blinde masseur Zatôichi is op zoek naar rust, en hoopt die te vinden bij de vriendelijke bewoners van het dorp Edo. Als twee rivaliserende Yakuza-clans met elkaar in conflict komen, raakt Zatôichi toch weer betrokken bij het door hem zo verafschuwde geweld.