Sam Dawson is een verstandelijk gehandicapte met de mentale leeftijd van een 7-jarige. Hij werkt bij StarBucks en heeft een obsessie voor The Beatles.
Jamie en Ste zitten samen op school en wonen in dezelfde flat in een grote buitenwijk van Londen. Jamie heeft een hekel aan sport, is daardoor niet populair op school en spijbelt regelmatig. Ste, een echte sporter, heeft thuis problemen.
Het is 1943, de Tweede Wereldoorlog eist over de hele wereld zijn tol. Nu alle jongemannen naar het front zijn vertrokken, dreigt zich een ramp te voltrekken binnen de Amerikaanse sportwereld. Er zijn namelijk geen mannen meer om baseball te spelen! Een slimme zakenman speelt handig op de situatie in door vrouwen te rekruteren die met de knuppel overweg kunnen.
Tiener Beverly groeit op in een eenvoudig gezin. Ze toont al van jongs af aan een grote interesse in literatuur en wil later schrijfster worden en studeren in New York. Als 15-jarig meisje ontwikkelt Beverly echter ook een gezonde interesse in jongens. Ze wordt over haar oren verliefd op een jongen van school. Wanneer ze zijn aandacht wil trekken op een feestje, maakt ze zich belachelijk. De ietwat suffe maar lieve Ray springt voor haar in de bres en dat is het begin van een passionele relatie. Die heeft echter verstrekkende gevolgen als Beverly ontdekt dat ze zwanger is. Als jonge tienermoeder is ze vastbesloten toch haar school af te maken.
Toen Fred een jaar oud was, kon hij lezen. Op de leeftijd van vier jaar schreef hij poezie. Nu zeven jaar oud, schildert hij de Madonna van Da Vinci, speelt hij concerten van Mozart op de piano en lost hij wiskundige vraagstukken op, als was hij Pythagoras zelf. Zijn artistieke en wetenschappelijke briljantie veroorzaakt bij Fred (Adam Hann-Byrd) een heftige emotionele reactie op de twee werelden om hem heen. De emotionele wereld van Dede (Jodie Foster) zijn toegewijde moeder en de intellectuele wereld van Fred's begeleidster (zelf wonderkind) Jane (Diana Wiest). Verward, maar vastberaden gaat Fred op zoek naar vriendjes, begrip en een eigen plek tussen moeder en mentor. Little Man Tate, met Harry Connick jr. en geregisseerd door Jodie Foster, is een hartverwarmende film over een kleine held, die ervoor vecht om ergens bij te horen.
Een architectuurstudent in Spanje worstelt met verdriet en ontmoet een andere buitenlandse die een moeilijke gezinssituatie wil ontvluchten.
Becky Sharp is een mooie jonge vrouw en ze woont in Londen in de tijd dat de Engelsen oorlog voeren tegen Napoleon. Becky komt uit een arm gezin maar klimt op tot de hogere klassen.
Wanneer de white-trash loser Joe Dirt tijdens zijn schoonmaak-baantje bij een radiostation de studio inloopt, begin de DJ (die moeite heeft z'n uurtjes te vullen) "on air" met hem te praten. Het gesprek gaat al snel richting het levensverhaal van Joe. Met duizenden luisteraars aan de radio gekluisterd vertelt Joe hoe hij als 8-jarig jongetje door zijn ouders in de steek is gelaten, en hoe zijn zoektocht naar zijn ouders in z'n werk ging.
Meis woont met haar ouders en oma in de bocht van de weg. Ze droomt van een groots en meeslepend leven, maar het enige wat er gebeurt is het wachten tot de volgende auto de bocht mist en de gevel van het huis ramt. Supernova gaat over de zoektocht van Meis naar haar seksuele identiteit en haar dromen, over een familie die wacht op het onvermijdelijke.
Frannie is lerares in New York. Vlakbij haar huis wordt een deel van een lichaam gevonden. Rechercheur Malloy komt bij haar om te vragen of zij iets gehoord of gezien heeft, maar zij kan hem niks vertellen. Wel wil zij alle misselijkmakende details over de moord weten. Gedurende het onderzoek naar de moord zoeken de twee elkaar steeds meer op en de aantrekkingskracht die zich ontwikkelt is onstuimig, onweerstaanbaar en soms zelfs bijna pervers. Wanneer er steeds meer moorden gepleegd worden, ook in Frannies directe omgeving, moet zij kiezen tussen emotie en verstand. En moet ze de mysterieuze en aantrekkelijke agent confronteren die haar leven zo op z'n kop gegooid heeft.
Alles gaat mis als een agorafobische misantroop zichzelf tot een denkbeeldige vijand bestempelt.