In 1985 wist de politieagent Kung Fury uit Miami een doorgedraaide arcademachine te verslaan. Dit leidde tot grote schade in de stad en Kung Fury kwam daarom in conflict met de politiechef. De politiechef wilde dat Kung Fury een partneragent kreeg.
Een belangrijk werk in de filmgeschiedenis. 'Zeer ongewoon, provocatief, heeft in geen enkele traditie een plaats', verklaarde Buñuel. De film is werkelijk zonder enige schijnbare samenhang en gaat in tegen alle logica; het perfekte voorbeeld van het 'automatische schrijven' dat geliefd is bij de surrealisten. We zien een nachtmerrie: een oog wordt door een scheermes doorkliefd, seminaristen trekken rond met piano's vol met ezels, die in staat van ontbinding verkeren. Dit meesterwerk van de vreemdheid en de fantasie is erg heftig en niet zonder symbolen, waarvan het belangrijkste het najagen van volledig nonconformisme lijkt te zijn, als reactie tegen de burgerlijke dwang. Aan het scenario is meegeschreven door Salvador Dalí.
Stanley heeft een koelkast uit de jaren 50, genaamd Chillie die hij koestert. Het verhaal speelt zich af in het heden. Door een trieste gebeurtenis loopt Chillie geëmotioneerd weg.
Er werd aangenomen dat zeehonden voormalige mensen waren die vrijwillig de dood in de oceaan zochten. Eén keer per jaar, op de dertiende nacht, mochten ze aan land komen, hun huid uittrekken en zich als menselijke wezens vermaken, dansend en genietend. Deze korte film onderzoekt de legende van Kópakonan, wat letterlijk ‘de zeehondenvrouw’ betekent, een van de bekendste volksverhalen op de Faeröer.