Terwijl de Dood over de aarde loopt om zielen te verzamelen, heeft haar kleindochter Winona geen zin om het familiebedrijf voort te zetten.
De Yamadas zijn een doodgewoon gezinnetje dat samen in een huisje ergens in een buitenwijk van Tokio woont. De gezinsleden hebben allemaal zo hun probleempjes en eigenaardigheden, en kunnen het niet altijd even goed met elkaar vinden.
Terwijl ze nog op de middelbare school zit, is Kyôko een van die jonge meisjes die de maatschappij als ‘verloren’ beschouwt: ze gaat nauwelijks meer naar de les, doet mee aan straatgevechten, enzovoort. Op een dag, als ze voor het eerst sinds weken naar school gaat, raakt ze geïntrigeerd door een jonge leraar in opleiding: Katsuya Honda.
Na een afwezigheid van 10 jaar keert Jean terug naar zijn geboortestad wanneer zijn vader ziek wordt. Herenigd met zijn zus Juliette en zijn broer Jérémie, moeten ze opnieuw hun relatie en het vertrouwen als een familie weer opbouwen.
Vince Rizzo is een gevangenisbewaarder in de Bronx. Op een dag ontdekt hij dat zijn buitenechtelijke relatie twintig jaar geleden een zoon op de wereld heeft gezet, de gevangene Tony Nardella. Vince besluit zijn zoon te beschermen, en hem op te nemen in de familie. Het grote struikelblok is het feit dat Vince 20 jaar zwijgzaamheid over zijn slippertje nu moet doorbreken, of hij zal moeten liegen over de ware identiteit van Tony.
Mama Rose (Bette Midler) is nooit een ster geworden, en daarom dwingt ze haar dochter Baby June (Cynthia Gibb) maar om een grote ster te worden. Het maakt niet uit dat June lijdt aan plankenvrees, en dat ze er zelf geen zin in heeft. Uiteindelijk wordt June dan toch een succes maar ook daar is Mama Rose niet gelukkig mee.
Een familie uit een klein Texaans dorp bereidt zich voor op de begrafenis van de moeder. De familie is een bont gezelschap. Een zoon kleedt zich al 23 jaar als Tammy Wynette, een andere zoon probeert carriere te maken in Hollywood en twee dochters maken ruzie over wat ze aan zullen trekken bij de begrafenis.
De opvolger van Kormákurs debuutfilm (101 Reykjavík), handelt over de perikelen van een vooraanstaande familie die werkzaam is in de visverwerking in een klein dorp. Þórður, de familiepatriarch, probeert zijn zoon Ágúst, die business-management studeert in Parijs, over te halen om het moeizaam lopende bedrijf te redden van de ondergang. Ágúst heeft echter geen zin in vis, hij schrijft liever liedjes. De oudste zoon Haraldur, die de visafslag runt maar niet het vertrouwen van zijn vader heeft, bekokstooft met zijn zwager een plan om het bedrijf over te nemen. Iedereen lijkt alles van elkaar te weten, zonder dat het gezegd mag of kan worden. Dat verandert in een lange nacht waarin uiteenlopende belangen, geheimen, bitterheid en verborgen lust tot een kookpunt komen.
In elke familie gebeurt wel eens wat vreemds. Maar in deze krankzinnige familiechaos krijgt de arme Laura wel heel weinig aandacht. En dat betekent dat zij tot maatregelen zal moeten overgaan.
De snelle zakenman Jon Aldrich vertrekt hals over kop naar Florida als het huis van zijn ouders door toedoen van zijn dementerende ouwe vader is veranderd in een rokende puinhoop. Hij besluit de oudjes bij hem en zijn gezin in huis te nemen, maar het seniele gedrag van vaderlief zorgt al gauw voor merkwaardige taferelen en chaotische toestanden in huize Aldrich.
Stuart Smalley raakt zelf in een crisis wanneer zijn new age zelfhulp-show wordt gecancelled. Dan brengt een sterfgeval in de familie hem weer in contact met het hopeloze gezin waarin hij opgroeide en hij besluit al zijn kennis en talent aan te wenden om de situatie in het ouderlijk huis terug op de rails te zetten. Het gezin zit daar niet echt op te wachten.