In het Japan van de zestiende eeuw willen twee lijfeigenen rijk worden. De ene, Genjurô, wil als pottenbakker zijn waren gaan verkopen, terwijl de andere, Tôbei, liever samurai wordt.

Ebeneezer Scrooge is geen fijn gezelschap: hij is chagrijnig, vrekkig en egoïstisch. Op kerstavond krijgt hij bezoek van drie geesten, die hem telkens zijn verleden laat, heden toekomst openbaart.

Acht overlevenden van een door een Duitse torpedo getroffen Amerikaans koopvaardijschip nemen een vijandelijke schipbreukeling aan boord van hun reddingssloep, namelijk een Duitse kapitein.

Na hun zaak in New York te hebben opgelost (zie The Thin Man) gaat het echtpaar Nick en Nora Charles terug naar San Francisco. Daar worden ze opnieuw geconfronteerd met een moordmysterie. Als de lijken zich beginnen op te stapelen, proberen Nick en Nora de puzzelstukjes in elkaar te passen en de zaak op te lossen.

Nick Charles en zijn vrouw Nora hebben een baby gekregen. Nog net voor Nicky's eerste verjaardag krijgen ze een telefoontje uit Long Island van Nora's oom, kolonel MacFay. Een vroegere werknemer van de oom lijkt zich op hem te willen wreken. De man dreigt zelfs met moord. Kort nadat Nora en Nick aankomen bij MacFay wordt de oude heer 's nachts in zijn slaapkamer vermoord. Het is aan Nick om als amateur-detective de zaak op te lossen.

Amateur-detective Nick is jarig en samen met zijn vrouw Nora gaat hij naar Sycamore Springs om dit heuglijke feit te vieren bij zijn ouders. Het kleine stadje staat op z'n kop, want iedereen weet van de liefhebberij van Nick en zijn bezoek zal vast niet zonder reden zijn.

De kapitein krijgt te horen dat er vier verstekelingen aan boord zijn. Ze zijn nog niet gevonden, maar duidelijk te horen in het laadruim omdat ze zingen. Als ze het ruim verlaten krijgen de passagiers nog meer te verduren, en als een rijke dame ontvoerd wordt zorgen ze voor veel verwarring.

De jager komt net uit Afrika en zal aanwezig zijn op een feest waar het schilderij After the Hunt gepresenteerd zal worden. Twee hulpjes helpen echter, buiten zijn medeweten om, het schilderij voor een imitatie te vervangen.

Elk jaar verandert de president van de universiteit en dit keer wordt het de vader van één van de studenten, die hoopt dat zijn zoon nu eindelijk van de universiteit afgaat. De zoon spendeert te veel tijd aan een meisje en is van mening dat de universiteit een goed rugbyteam nodig heeft. Zijn vader pikt nu twee mannen op in een bar en schrijft ze in als student in de veronderstelling dat ze football kunnen spelen.

Op de plezierboot waarop de ouders van amateurdetective Nick Charles geld over de balk gooien wordt een bandleider vermoord. Een dag later stapt Nick aan boord, vergezeld van zijn charmante vrouw Nora en de slimme foxterriër Mr. Asta, om de dader op te sporen.

Twee onhandige pompbedienden blijven achter als enige begunstigden in het testament van een gangster. Hun reis om hun fortuin op te eisen wordt op een zijspoor gezet wanneer ze samen met verschillende andere vreemden in een spookhuis zijn gestrand.

Een leegstaand huis (nummer 17) wordt tijdelijk bewoond door een aantal ongure personen van een bende die net een juwelenroof hebben gepleegd. Detective Barton (John Stuart) is de dieven op het spoor en ontdekt de schuilplaats van de bende. In het huis vinden allerlei mysterieuze zaken plaats. Die leiden uiteindelijk tot een climax en ingewikkelde ontknoping van het verhaal. Dit is een van Hitchocock's vroege films, waarin toch al duidelijk de hand van de meester te zien is.