De vrijgezelle broers Phil en George Burbank zijn welgestelde landeigenaren uit Montana. De een is een geleerde alleskunner, de ander een stille werker, maar beiden hebben gemeen dat ze alom gerespecteerd worden. Na een incident dat tot de dood van de lokale arts leidt, groeien diens weduwe Rose en George naar elkaar toe. Het paar trouwt in het geheim waardoor de loyaliteit tussen de broers op de helling komt te staan.

John Chisum bezit een grote veestapel. Hij ontmoet Lawrence Murphy, een grootgrondbezitter, die vastbesloten is om Chisums ranch over te nemen. Chisum krijgt te horen dat een aantal veedieven zijn paarden heeft gestolen en dat bij deze diefstal ook nog een aantal van zijn mannen is vermoord.

Een broer en zus die van elkaar vervreemd zijn, keren terug naar de familieranch in Montana nadat hun vader in een coma is geraakt. Daar worden de twee geconfronteerd met hun traumatische familieverleden.

De komst van de naïeve leraar June Lake naar het dorp waar de vriendelijke Hopalong Cassidy zijn beroemde Bar 20 ranch heeft, brengt een revolutie teweeg in het leven van de cowboys. Maar daar breekt ook de rustler Sutton in, die met zijn bandieten de stadsmensen terroriseert en het vee van de boerderij steelt.

Onroerendgoedbelasting, moordaanklachten en bandieten zorgen ervoor dat de zoon van een dode boer zich zorgen maakt.

Lorna Drake heeft een ranch geërfd. Hoppy leert haar iets over het boerenbedrijf en behandelt daarbij Scar Lewis, de slechterik.