Wanneer ze hoort dat haar moeder overleden is, gaat de eenzame tiener Pursy Will (Scarlett Johansson) naar New Orleans om haar ouderlijk huis op te eisen. Ze verwacht een verlaten woning, maar het blijkt bewoond te zijn door twee vrienden van haar moeder: Bobby Long (John Travolta), een voormalig docent literatuur, en de jongere Lawson Pines. Deze twee gebroken mannen wonen al jaren in het vervallen huis, en het enige wat ze op de been houdt is Lawsons ambitie om een biografie over Bobby Long te schrijven. Aangezien niemand van plan is te vertrekken, moeten Pursy, Bobby en Lawson voorlopig samenwonen. Begraven onder persoonlijke geheimen, blijken hun levens op een ingewikkelde manier met elkaar verbonden te zijn.
Omdat Louis Creed een baan heeft aanvaard als arts in een kleine stad in Maine, verhuist het hele gezin van Chicago naar hun nieuwe adres. Ze voelen zich onmiddellijk thuis in hun nieuwe, prachtige woning, maar het huis is wel gelegen aan een gevaarlijke snelweg. Talloze honden en katten werden al door vrachtwagens aangereden, en vonden daardoor de dood. Er is dan ook een echt dierenkerkhof, waar de kinderen uit de buurt al generaties lang hun trouwe viervoeters begraven. Op een dag wordt ook Church, de poes van Ellie Crandall, door een vrachtwagen gegrepen. Samen met buurman Jud gaat Louis het onfortuinlijke dier begraven op een plekje achteraan het kerkhof. De verbazing van Louis is groot, wanneer enkele uren later Church weer aan de deur staat. De poes is springlevend.
Het is voor Shirin niet makkelijk om deel uit te maken van de perfecte Perzische familie. Ze wordt van geen enkele kant geaccepteerd. Haar familie weet niet dat ze biseksueel is en haar ex-vriendin Maxine kan niet begrijpen waarom ze hen dit niet vertelt. Zelfs de zesjarige jongens in haar filmklasje hebben teveel ADD om zich meer dan een seconde op haar te kunnen concentreren. Wanneer haar familie bekend maakt dat Shirin's broer is uitgehuwelijkt aan een Iraanse schone, begint Shirin te rebelleren door onder andere panseksuele escapades, terwijl ze probeert te achterhalen waar het mis is gegaan met Maxine.
New York, 1959. Max Bialystock was ooit een grote Broadway-producer, maar momenteel zijn al zijn producties gegarandeerde flops. Hij ziet zijn redding in de komst van de neurotische accountant Leo Bloom, die hem laat inzien dat flops zelfs veel lucratiever kunnen zijn dan succesvolle shows. De enige voorwaarde is dat de shows ook echt absoluut onsuccesvol zullen zijn. Teneinde dit te bereiken besluit het duo de musical 'Springtime for Hitler' te produceren. Dat moet wel een flop worden... toch?
Petra Going is een migranten cyborg, een agent van het Global Nomad Project: een internationaal ‘Experience Data Agency’ dat honderden ‘ontvangers’ zoals zij de wereld rond laat dwalen en een opeenvolging van willekeurige ontmoetingen vastlegt. Van tijd tot tijd keren ze terug naar het hoofdkantoor van het bureau, waar ze hun verzamelde herinneringen in een archief deponeren. Dit archief is beschikbaar voor gebruikers die vervolgens plaatsvervangend en virtueel de kant-en-klare landschappen van het toeristische bewustzijn bewonen. Het motto van het BNP: “Nostalgie te huur.”