1950, Brooklyn. Een jonge vrouw, Eilis, is verhuisd vanuit een klein dorp in Ierland naar Brooklyn om te werken en carrière te maken. Daar wordt ze verliefd op de Italiaans-Amerikaanse Tony.

Het is 1929. De pas getrouwde George (Cooper) en Serena Pemberton (Lawrence) reizen van Boston naar de bergen van Noord-Carolina om daar hun geluk te zoeken in de houtindustrie. Serena doet er niet onder voor de doorsnee man. Ze houdt toezicht op de werknemers, jaagt op ratelslangen en redt zelfs het leven van een man in de wildernis. Samen runnen deze koning en koningin hun eigen rijk en hebben er alles voor over om hun huidig leventje en toekomstplannen te beschermen. Wanneer dat in gevaar komt brengt dat ook hun droomhuwelijk aan het wankelen.

Machinist Bill Cummings en administrateur Susan zijn een bescheiden New Yorks echtpaar uit de wijk Bronx dat in een zeer precaire economische situatie leeft. Zijn problemen bij het vinden van werk werden verergerd tijdens de Tweede Wereldoorlog (1939-1945). De dreiging van een onzekere toekomst doemt voortdurend op in hun dagelijks leven.