Tijdens de invasie van de Geallieerden in Normandië sterven twee broers. Een derde broer sterft gelijktijdig in Nieuw Guinea, bij het vechten tegen de Japanners. Als bekend wordt dat een vierde broer vermist is geraakt op het Franse platteland, wordt een missie gestart om hem veilig thuis te krijgen.

De film vertelt het waargebeurde verhaal van Vassili Zaitsev, een Russische sluipschutter die tijdens de Slag om Stalingrad in de Tweede Wereldoorlog in z'n eentje honderd Duitsers vermoordde.

Acht overlevenden van een door een Duitse torpedo getroffen Amerikaans koopvaardijschip nemen een vijandelijke schipbreukeling aan boord van hun reddingssloep, namelijk een Duitse kapitein.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog ontdekt luitenant Kelly dat een Duitse bank geplaatst is achter de vijandelijke linie, waar 16 miljoen in goud ligt. Met behulp van een valsspelende dobbelspeler, de hippie Oddball, drie Sherman tanks en een beetje geluk, leidt Kelly de missie die hun diep in Frankrijk brengt, in vijandig gebied.

In de herfst van 1942 sluiten twee Duitse soldaten een weddenschap af terwijl ze in een goederentrein zitten die door de Russische steppe dendert. De ene is Hanz Van Witzland, een idealistische jonge luitenant die ernaar snakt het militaire verleden van zijn aristocratische familie alle eer aan te doen.

De overlevenden van de zevende compagnie proberen naar Zuid-Frankrijk te vluchten. Ze worden echter opnieuw aangehouden en belanden bij een groep officieren die wachten op hun overbrenging naar het strafkamp Oflag.

Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog doen de Verenigde Staten en Japan hun best om niet betrokken te geraken. Maar niet iedereen is daar gelukkig mee en de extremisten binnen het Japanse leger dringen er bij keizer Hirohito op aan een pact te sluiten met het Derde Rijk.

Het is 1942. Door een zware bom te gooien op de juiste plaats van de Ruhrdam kan een groot gedeelte van de Duitse oorlogsindustrie platgelegd worden. Het plan wordt uitgewerkt en iemand wordt getraind om de operatie te leiden.

Hollywood, 1942. De Amerikaanse regering zet de in Hongarije geboren filmregisseur Michael Curtiz, die op het punt staat de opnamen van „Casablanca” te voltooien, onder druk om de propagandaboodschap van de film te benadrukken en zo de publieke opinie te winnen voor de interventie van het land in de Europese oorlog.

In de lente van 1945 strandt een deportatietrein met honderden Joodse gevangen bij een klein Duits dorp dat bezet is door het Rode Leger. De Russische scherpschutter Vera, dorpeling Winnie en de Joods-Nederlandse Simone zijn tot elkaar veroordeeld in een situatie van diep wantrouwen, wanhoop en wraak. Er ontstaat echter een onverwachtse vriendschap tussen de drie vrouwen.