De opgewekte João Grilo en de sluwe Chicó proberen hun armoedige bestaan in een Braziliaans provinciestadje op te vrolijken door hun grappen en grollen, waarbij ze de rijken en machtigen telkens weer te grazen nemen. Maar wanneer een bandietenbende een ware slachting aanricht in de stad, is ook hun liedje uitgezongen. Gelukkig weten ze bij het voorsorteren in het hiernamaals ook de Duivel, de Maagd Maria en Jezus Christus bij de neus te nemen.

Gregorio is een ouderwetse bankier, supporter van Real Madrid en een oude mopperpot. Wanneer zijn vrouw plots overlijdt moet hij haar laatste wens vervullen: haar as uitstrooien in de rivier de Guadalquivir. Om dit te doen brengt hij samen met zijn kinderen het weekend door in Sanlucar, waar de rivier uitmondt. Daar ontmoet hij de partners van zijn twee dochters: een supporter van FC Barcelona en een hippie. Ook met zijn zoon, met wie hij geen woord spreekt sinds hij uit de kast kwam, en diens vriend zal hij het weekend moeten zien door te komen.

Nadat twee vrijwillige brandweerlieden een goudzoeker van zelfmoord hebben gered, ontdekken ze dat de politie hen ten onrechte wil hebben voor moord.

Nadat hij controverse heeft opgewekt tijdens zijn zendingswerk, wordt pater Salvador overgebracht naar St. Theodosius, waar de regels zo strikt zijn dat zelfs haargel een zonde is. Het klooster is echter in financiële moeilijkheden en staat op het punt om aan een hotelketen te worden verkocht. De enige hoop ligt bij Salvador, een voormalige voetballer, belast met het transformeren van enkele novicen in een team dat goed genoeg is om het Clerum-kampioenschap te winnen waaraan een aanzienlijke som geld gekoppeld is.