Waargebeurd verhaal, zich afspelend aan het front in de winter van 1914. De Eerste Wereldoorlog woedde volop en eindigde de levens van talloze jonge mannen. Wanneer de Kerst aanbreekt gebeurt er echter iets volkomen onverwachts. Die nacht worden de levens gevolgd van vier personen: een Anglicaanse priester, een Franse luitenant, een tenor en zijn zingende geliefde, een sopraan. Op die nacht gebeurt het ondenkbare, wanneer soldaten de wapens neerleggen en elkaar benaderen om Kerst te vieren.

In New York wordt Kerstmis altijd uitbundig gevierd. Doris Walker, die het niet zo op de kerstdagen heeft begrepen, krijgt de opdracht dit evenement voor het grote warenhuis Macy's in goede banen te leiden.

Op een nacht valt de kerstman van het dak en Scott voelt zich verplicht zijn rol over te nemen. Scott en zijn zoon Charlie haasten zich naar de Noordpool. Daar ontmoeten ze Bernard, de chef van de elfjes, die hen hun nieuwe verantwoordelijkheden uitlegt. Scott houdt niet echt van de plotse verandering in zijn carrière maar Charlie vindt het schitterend, want zijn vader wordt steeds dikker en krijgt nu ook een baard.

Vada's stiefmoeder is zwanger en Vada gaat meer en meer nadenken over haar biologische moeder, die in het kraambed stierf. Als ze op school een opstel moet schrijven over een bewonderingswaardige persoon die je nooit ontmoet hebt, kiest ze niet voor haar favoriete dichter maar voor haar moeder. Ze gaat naar L.A. op zoek naar haar moeders geschiedenis en verblijft bij haar oom, wiens nieuwe vriendin een zoon heeft die haar helpt met haar onderzoek.