Halverwege de jaren 80, Compton Californië. Vijf jonge mannen delen hun ervaringen door middel van het maken van 'brutale' en eerlijke muziek, die symbool staat voor de opstand tegen misbruik van gezag.

Eben Adams is een schilder die moeite heeft het hoofd boven water te houden. In het park ontmoet hij een jong meisje dat uit een vorig leven blijkt te komen. Hoe dan ook, hij is van haar onder de indruk.

De Berlijnse elektronica componist Martin (Paul Kalkbrenner), genaamd DJ Ickarus vliegt met zijn manager en vriendin naar clubs over de hele wereld. Als Ickarus na een optreden na te veel drugsgebruik in een zenuw-kliniek in Berlijn terechtkomt, verstoort dat alle grootse plannen die hij had.

Lembecke en zijn vriendin plegen samen met heethoofd Freeley en Weans een overval die niet zo lekker verloopt. Ferley schiet tijdens de voorval een undercover-agent neer en de 4 vluchten met een koffer vol drugs terwijl de hete adem van De Wet al in hun nekken blaast. Onderweg 'regelen' ze een andere vluchtauto, gijzelen de daar bijbehorende eigenaren en zetten koers naar Vegas waar ze de drugs willen verkopen. Geen van hen is er van op de hoogte dat Weans een undercover-agent is, die de hele operatie een beetje te lang vindt duren en alles op alles zet om de gijzeling tot een goed einde te brengen...

Broeder Konijn, Broeder Beer en Prediker Fox stijgen naar de top van de misdaadrangen in Harlem door het op te nemen tegen een oplichter, een racistische agent en de maffia.

Carmen is lid van een terroristen-bende en wordt verliefd op een jonge politieman. Hij is de bewaker van een bank die Carmen en haar bende overvallen. Ze verleidt hem en trekt hem mee naar de onvermijdelijke ondergang.

Goed politiewerk verrichten houdt niet automatisch in dat je alles volgens de regels doet. Maar hoe overleeft een 'goede' politieagent als de misdaad in London de pan uit rijst ten faveure van de Albaniërs en de Turken?