In 1725, raakt samoerai Isaburo getergd, als zijn zoon dient te trouwen met de minnares van zijn leider. Isaburo wil dit niet toestaan, maar zijn zoon accepteert het en hij en de vrouw, Ichi, worden verliefd.
Ogami Itto, de officiele beul van het shogunaat is in de val gelokt door de Yagyu-clan. Als Ronin vecht hij nu een oorlog uit samen met zijn kleine zoontje, Daigoro.
In een pension in het negentiende-eeuwse Japan verblijven een aantal excentrieke karakters, waaronder de dief Sutekichi, op wie de pensionhouder Osugi verliefd is. Sutekichi is echter verliefd op Osugi's zus.
Tijdens de feodale 12de eeuw in Japan zal de samoerai Moritō beloond worden voor de moed om zijn heerser te beschermen. Hij kiest voor de mooie, aristocratische Kesa, die helaas al getrouwd is met een andere samoerai.
Ogami wordt door een vrouwelijke Yakuza ingehuurd om een corrupte gouverneur te vermoorden. Deze gouverneur wil Ogami ook inhuren voor een moord. Hij vermoedt echter dat hij zelf Ogami's doelwit is wanneer deze de opdracht weigert.
De samurai Genta, krijgt het bevel om zijn beste vriend te doden. Na het uitvoeren van het bevel stopt hij met het samurai zijn en ontmoet een jonge landbouwer. De landbouwer vraagt om zijn hulp en kan zijn zwaardvecht ervaringen goed gebruiken om samen met andere landbouwers te vechten tegen een groep ronin.
Ichi reist naar het dorp Itakura om zijn respect te betuigen bij het graf van Kichizo, een man die hij twee jaar geleden heeft vermoord. Wanneer er tijdens het transport naar de gouverneur wat belastinggeld wordt gestolen, wordt hij beschuldigd en gaat hij op zoek naar het geld en zijn naam te zuiveren.
Een op de vlucht zijnde heer, zijn lijfwachten en enkele volgelingen, trekken allen vermomd als monnik door een bos, waar zij moeten voorkomen gepakt te worden en moeten zij de grenswachters te slim af zijn.
De oude maar nog steeds ronddolende blinde masseur Zatôichi is op zoek naar rust, en hoopt die te vinden bij de vriendelijke bewoners van het dorp Edo. Als twee rivaliserende Yakuza-clans met elkaar in conflict komen, raakt Zatôichi toch weer betrokken bij het door hem zo verafschuwde geweld.