Nadat hij is gestopt met zijn werk als moordenaar in dienst van de overheid, vindt Robert McCall het moeilijk om de gruwelijke dingen die hij in het verleden heeft gedaan te verwerken en probeert hij met zichzelf in het reine te komen door op te komen voor mensen die onderdrukt worden. Tot zijn eigen verrassing blijkt hij zich thuis te voelen in Zuid-Italië, waar hij erachter komt dat zijn nieuwe vrienden worden bedreigd door lokale misdaadbazen. Als er dan doden vallen, weet McCall wat hem te doen staat: hij besluit zijn vrienden te beschermen door de maffia aan te pakken.

Tillie is de oogappel van de rijke boer, hoewel ze niet het toonbeeld van schoonheid is. Ze gooit met een baksteen, die haar hond moet apporteren, maar ze raakt een vreemdeling. Als hij erachter komt dat ze de erfgename is van een fortuin, besluit hij haar over te halen om met hem weg te lopen en te trouwen. Zowel de boer als de vriendin van de vreemdeling zijn niet blij met deze actie.