De achtjarige Seth (Cooper) is ervan overtuigd dat zijn buurvrouw Dolphin (Duncan) een vampier is, en is er dan ook bepaald niet gelukkig mee dat zijn broer Cameron (Mortensen) een relatie met haar krijgt.

De 18e eeuw. Grafdelvers Arthur Blake (Dominic Monaghan) en Willie Grimes (Larry Fessenden) vertellen hun levensverhaal aan de priester Francis Duffy (Ron Perlman). Door hun verhalen leert de priester dat niet alle lijken hetzelfde zijn en dat er van alles plaats vindt in het schemergebied tussen leven en dood.

In een alternatief Nieuw-Zeeland, bekend als Nuovo Zelandia, zien we hoe in de jaren '60 mensen en vampieren vreedzaam met elkaar leven, en waarin de bloedzuigers de volgende stap zijn in de menselijke evolutie. Deze delicate balans wordt bedreigd door een griepepidemie die de mensdom decimeert, en een vampier weer beweegt tot het jagen op mensen. De kerk stuurt Silus (Dougray Scott) om de op hol geslagen vampier Edgar te vangen. Silus gaat samenwerken met een politieman (Burrows) en ontdekt dat Edgar donkere geheimen met zich meedraagt.

Albert is in het geheim verloofd met Bernice en wordt verliefd op de zigeunerin Mina. De rijke en jaloerse Renard is verliefd op Mina en gebruikt haar vader om wraak te nemen op Albert. Er ontstaat een handgemeen waarbij Renard per ongeluk Mina's vader neersteekt, maar iedereen laat geloven dat Albert schuldig is aan de misdaad. Bernice hoort van de gebeurtenissen en verbreekt haar verloving met Albert. Hij wordt achtervolgd door de politie totdat een last-minute bekentenis hem redt.

Alan Trent, zijn neef Gerald Shannon en buurman Kitty Vane zijn samen opgegroeid. Wanneer de Eerste Wereldoorlog uitbreekt, melden Alan en Gerald zich bij het Britse leger als officieren. Vele maanden later komen Alan en Gerald voor een korte vakantie terug naar Kitty. Alan en Kitty onthullen hun liefde voor elkaar. Gerald (die ook verliefd is op Kitty) feliciteert zijn vrienden. Maar voordat Kitty en Alan een afspraak kunnen maken om de volgende dag te trouwen, wordt hun verlof ingetrokken en moeten ze terug naar de frontlinie. Nog steeds ruzie makend, bieden beide mannen zich vrijwillig aan voor een verkenningsaanval op de vijandelijke linies, waar een granaat afgaat in de buurt van Alan en hem lijkt te doden. Gerald en Kitty rouwen om de dood van Alan. Nadat de oorlog voorbij is, verloven Gerald en Kitty zich om te trouwen.